1991 November

November 1991.  

Het beloofde een spannende dag te worden, die vrijdag de 22e november. Alle ingrediënten waren aanwezig die dag, het regende niet,de kwartiermakers waren redelijk op tijd, onze voorraden waren gevuld. Enige activiteiten moesten nog afgehandeld worden, te weten de batmobiel moesten we ergens uit de komkommerplanten rukken en we moesten bij oei oei een plank halen voor boven de gruppe. Oehoeboeroe moest namelijk zijn plekje in Nijverdal delen met een nieuw lid, jawel, we hebben er weer eentje zo gek gekregen. Hij was die middag een beetje later want hij moest nog een paar bewoners van de Blerinck van zich af schudden. Afijn die middag gingen we dan eindelijk op weg, de batmobiel zat achter de auto, de plank zat boven de gruppe, en we hadden een goed humeur, de laaaaaaanen oopp de paaaden in (zingen). Tegen twee uur arriveerden we op ons dierbaar plekje waaraan we allemaal zo gehecht geraakt zijn, namelijk Groß Dörgen. O ja, voor ik het vergeet moet ik nog de naam bekend maken van ons nieuw lid, dan weten we tenminste waar we over praten, zijn naam is…. Hakketee. Nadat we kwartier gemaakt hebben, besloten we onze eerste trip te maken. We besloten naar het indianenkamp te lopen om van daaruit de Hase op te lopen, we deden onze eerste natuurobservaties. Beverspoor3We stoorden blijkbaar een bever die een berkenboom tot tandenstokertje probeerde te reduceren, knaagsporen aan de stam en een sleepspoor naar de Hase waren de stille getuigen toen we Tat-ort bereikten. We ronden ons tochtje door dit prachtig natuurschoon af en kwamen weer terug in het kamp. Hoewel het niet regende was het toch behoorlijk fris, we besloten ons op te warmen met een lekker bakje koffie, ….. al snel werden we helemaal warm van binnen. Na een tweede bakje koffie werd het zo warm dat we de jassen uit deden, we werden er zelfs een beetje vrolijk van. Het wachten is nu op de rest van het team, Yeti, oei oei, en Oehoeboeroe, ze zouden tegen de avond arriveren. We hadden het nu zo warm, dat koeling noodzakelijk werd. Tegen de avond kwam de grote hereniging, bedokokoma strikes again! Van nu af aan spreken we niet meer van bedokokoma maar van, be-bedokokoma, (we lijken wel een stotterclub). Nadat we van de ontmoetingsceremonie een beetje bekomen waren, brak het serieuze gedeelte aan, zeg maar het officiële gedeelte. PFS023Namelijk het openingswoord van onze geachte voorzitter Oehoeboeroe (petten gingen af). Volgens de voorzitter zou dit het weekend van de grote voeten worden.  Dit weekend staat in het kader van wandelen. Wat wij namelijk gaan doen is een bezoek brengen aan onze voorouders. Te weten, de Romeinen, volgens overlevering zouden deze mensen hier in de buurt gekampeerd hebben, in de zgn. römerlager. De voorzitter had nog enige wetenswaardigheden te vertellen over de Romeinen. Jawel, de voorzitter had zich goed voorbereid, hij had wetenschappelijk literatuur doorgenomen (A.& O. boeken) om iets meer te kunnen vertellen over die rare jongens. Batman gaat de route verzorgen, vliegend hert zorgt voor verslaglegging en oei oei en Yeti voor de fotografie. Oei oei en Yeti hadden zich voor deze gelegenheid speciale lenzen aangeschaft, het zijn de zgn. Lang Uitstekende Lenzen, ook wel L.U.L. genaamd. Met deze L.U.L.-len worden betere resultaten verwacht aldus oei oei, om kracht bij te zetten liet hij een gigantische wind……  de eerste geurvlag werd uitgezet. De volgende dag zou het een ware “vlaggetjesdag” worden, maar gelukkig wisten we dat toen nog niet!! De avond werd voortgezet onder het genot van enkele goudgele rakkers en werden discussies gevoerd over de behandeling van depressieve huiszwaluwen en, of kerkuilen nu katholiek of gereformeerd waren, bovendien probeerde oei oei een mop te vertellen wat hem tegen het eind van de avond eindelijk lukte. Het werd weer een avond, die maar twee keer per jaar geeft. De volgende dag, zaterdag 23 november 1991. De goudgele rakkers namen wraak, … maar dat weerhield ons niet te vertrekken op de gestelde tijdstip, nml. 9.30 uur. Oei oei en in later instantie vliegend hert liepen op karakter.  Het werd een dag van de grote voeten, zèèr grote voeten…. We gingen richting Bokeloh. De eerste natuurobservaties betrof de invloed van zure lucht op heide, wilde grassen gedijen goed in het zure milieu zodat ze gaan woekeren, met als gevolg dat heide gaat verstikken. Na een dik uur onderweg vonden we de eerste natuursporen in de vorm van vossenkeutels en veren van een buizerd. De omgeving was prachtig, vooral oei oei was ontroerd, hij was er gewoon misselijk van. We naderden na verloop van vele kilometers, het römerlager. Wat opviel was een prachtig landhuis gesitueerd op een heuvel, volgens Oehoeboeroe was dit het stulpje van de druïde Panoramix, deze was druk aan het maretak snijden in het bos. groepnov91Verderop lag dan het veelbesproken römerlager, Oehoeboeroe vond het in eerste instantie zwaar tegenvallen, tot hij ontdekte dat wat hij zag niet het römerlager was, maar een bult aardappelrangen….. Wie waren dan die Romeinen, en waar kwamen ze vandaan? Nu dan iets meer over het Romeinse rijk:  (ca. 500 v.C.- ca. 500 n.C.) Rijk dat in zijn grootste omvang het hele Middellandse-Zeegebied en vrijwel heel Europa omvatte. De stad Rome werd volgens de legende gesticht in 753 v.C. door twee zoons van de god Mars, Romulus en Remus, van wie de eerste Romes eerste koning werd. Tijdens zijn opvolgers viel Rome onder het machtsgebied van de Etruriërs. Van 510-27 v.C. was Rome een republiek, in welke eeuwen men zich van de Etruskische overheersing wist te ontdoen. Het gebied werd uitgebreid tot heel Italië ten zuiden van de Povlakte. Het rijk wed bestuurd door twee consuls, met toestemming van de senaat aangesteld door de volksvertegenwoordiging. De door Rome onderworpen steden en volken mochten hun eigen bestuur, oden en gebruiken behouden, maar moesten indien nodig militaire steun leveren. Dit systeem leidde tot vrede in Italië en sterkte Rome in de drie Punische Oorlogen (264-146 v,C.) tegen de Fenische stad Carthago. Deze werd uiteindelijk vernietigd, hetgeen Rome grote gebieden buiten Italië opleverde. In dezelfde 3e eeuw werd Griekenland veroverd en richtte de expansiedrift zich op het Nabije Oosten en Noordwest-Europa. Door de voortdurende oorlogen was een beroepsleger ontstaan, dat door de aanvoerders ervan als politiek machtsmiddel kon worden gebruikt. In de stad Rome zelf had zich een proletariaat gevormd van verdreven boeren, oud-militairen en parkeer- wachters. Verder was er ontevredenheid bij de opkomende handelsadel (equites), omdat zij niet bij het staatsbeleid betrokken werd en bij de Italiaanse bondgenoten. De hieruit voortvloeiende burgeroorlog leidde tot het dictatorschap van Lucius Cornelis Sulla in 81 v. C. De laatste jaren van de republiek werden beheerst door politieke intriges, waaruit Julius Caesar en Octavianus als sterke mannen naar voren kwamen. De laatste kreeg de eretitel Augustus en was de eerste Romeinse keizer(reg. 27v.C.-14 n.C.) Hij wilde de oude republikeinse tradities herstellen, maar kreeg in de praktijk de positie van monarch. In de loop van de eerste eeuw n.C. tendeerde de politieke macht van de keizers in de richting van de monarchie. Dit ging ten koste van de senaat, die daarom een van zijn leden tot keizer verhief (Nerva, 96-98). Er kwam tijdelijk een eind aan de keizerlijke dynastievorming door het systeem van de adoptiekeizers. Door de voortdurende bescherming van de rijksgrenzen tegen invallende barbaren werd het leger in de 2e eeuw de machtsbepalende factor, waarbij voor de senaat nauwelijks invloed over bleef. Keizer Diocletianus (reg.284-305) legaliseerde deze situatie. Constatijn de Grote (reg. 306-337) was de laatste keizer die heel het rijk regeerde. Hij verplaatste de hoofdstad van het Romeinse rijk naar Byzantium (constantinopel). Ca. 400 was definitief een splitsing ontstaan tussen het Westromeinse- en het Oostromeinse Rijk, waarvan het laatste geleidelijk overging in het Byzantijnse Rijk. Het westen hield zich nog korte tijd staan- de, o.a. door het römerlager te Bokeloh, maar werd in de loop van de 5e eeuw door invallen van Goten, Hunnen en Vandalen onder de voet gelopen.Er heeft zich dus heel wat afgespeeld in vroeger Bokeloh, en wij maar denken; wat een rustig plattelandsdorpje….. Het kende toen reeds vandalisme, rare jongens die Romeinen. Afijn, we gaan verder met de dag van de grote voeten. Bij het beklimmen van deze historische bouwwerk werden vergelijkingen met de schans in Emmen gemaakt, daar leek het inderdaad iets op, alleen hier liep geen rondweg langs. Toen vonden we hop. Hop hop hop hop hop hop hop, daar kwam oei oei aan gehoppeld.  Foto`s en geluidsopnamen werden van hop gemaakt, een van ons rook er aan en vond het maar naar bananenzeik ruiken. Hop2 PFS021Na enig klimwerk kwamen op de schans, Yeti had ruïnes en skeletten verwacht (gruwel) maar zag alleen een grote mestbult, hij kwam tot de conclusie dat de Romeinen het erg benauwd moesten hebben gehad, ze scheten stront met stro…… Na enige discussie over strategie en tactiek, leek het wel alsof we in de alpen zaten, de mestbult werd veroorzaakt door Hannibals olifanten, zo luidde tenslotte onze conclusie.  Onze tocht zette zich voort, we hadden er reeds 26 kilometer op zitten.  Oei oei leek wat op te knappen, hij keek niet meer zo ontzettend scheel. Na 30 kilometer vonden we een interessante natuurspoor, een vraatspoor van een ree aan een brem……..reuze interessant. Oehoeboeroe kwam even later op het spoor van een karper en volgde deze…… We kwamen langs een goed voorbeeld van wildbeheer, we zagen een knollen- en maisveldje bedoeld voor het wild. Blijkbaar staan hier de mensen dichter bij de natuur dan in Nederland, daar vind je geen knollen- en maisveldjes voor het wild, hoogstens een drollenveldje voor blaffende katten. We vervolgden onze tocht, we hadden er inmiddels 38 kilometer op zitten. Het zweet klotste onder onze oksels…..    Om 12.21 hadden we pauze, voor sommigen  brake out. Terwijl de leden hun brood probeerden weg te spoelen met een brouwsel dat leek op uilenpies, besloot vliegend hert nog wat aan observaties te doen, hij bleef maar heen en weer lopen. Zo kwam hij tot de opzienbarende conclusie dat eekhoorntjes ook mandarijntjes in hun wintervoorraad hebben, sporen van stukjes mandarijn vond hij tussen het sprokkelhout. Oei oei, hakketee, batman, oehoeboeroe, Yeti, en vliegend zombie vervolgden hun weg. Na een omtrekkende beweging kwamen we weer in de buurt van Bokeloh. Een van ons waande zich reeds boven de sneeuwgrens toen we langs inkuilbulten met wit landbouwplastic kwamen….. Als natuurobservatie vonden we nog een platte koperwiek, volgens ons aangeschoten door een bijziende jager met huwelijksproblemen, en geplet door een van Hannibals olifanten. Na 48 kilometer, het liep tegen 13 uur 46, trokken we door Bokeloh en kwamen na een Drents kwartiertje terecht in een Huskie-sledehondenkamp, …. zaten we dan toch in de alpen?  honderennenNa verloop van tijd kwamen we bij een dooie arm van rivier de Hase aan, hier dreef Nuphar Luteum in, oftewel gele plomp, en werd prompt door een van ons voor een octopus aangekeken. Even later deden we, naar later bleek onze mooiste natuurobservatie.  Een paar reeën schoten vlak voor ons langs en oei oei wist ze op de gevoelige plaat vast te leggen, goed zo oei oei!! Die shot hebben we tenminste binnen, en die gaan we later  eens rustig bekijken onder het genot van een glaasje fris. We volgden nu het parcours van de poolhonden, en gingen richting zandafgraving, 56 kilometer hadden we er nu op zitten, de goudgele rakkers eisten nu hun tol. Vliegend hert was klaar voor noodslachting….. En toen waren we verdwaald………..ook dat nog. Na een dwaling van ongeveer 3 kilometer vond onze gids, de batman, zijn weg weer terug en arriveerden na ongeveer 3 kilometer het zandgat, we hadden er nu 62 kilometer op zitten. Nog 15 kilometer en dan was het afgelopen, het was afzien… Anderhalf uur later kwamen 6 Clausen het thuiskamp op,…. afgeknepen,…. star voor zich uit kijkend,…. houterige bewegingen makend……… en een hekel aan trix hebbend. Na een stijf uurtje was ieder weer aardig opgeknapt, en toen kwamen de bruine bonen…………pop pop pop pop pop pop pop pop pop. De stemming kwam weer terug, en de moppen werden weer lustig getapt, ……. Bedokokoma strikes again!!!!  

[slideshow_deploy id=’2331′]

Zondag 23 november 1991. 10 uur 20, na het nuttigen van de nodige zakkenspanners en sterke koffie, trokken we op naar het moeras, te weten; het Dörgener moor.  We kwamen langs het uilenbosje, maar er was dit keer geen (uilen)bal te zien. Iets meer omtrent uilen? Vooruit dan maar… Uilen. (Orde: Strigi formes,.. krasse vogels). Rovende vogels met grote kop;goede naar voren gerichte ogen; (Persil)zacht verenkleed, geluidloze vlucht;haaksnavel;stevige grijpklauwen. Meestal nachtdieren, goed gehoor. Voedsel; kleine zoogdieren, kleine vogels , en insecten. Ca. 140 (!) soorten in twee families: kerkuilen en echte uilen (familie Strigidae), meestal bruin met zwarte en witte tekening. Bekend geslacht: oehoes. Bekende soorten: ransuil, steenuil (Athene noctua) en wijze uilen. Uilen komen voor in de Benelux, in de buurt van knotwilgen (nestelplaats), in duinen en in de omgeving van Groß Dörgen. Nu genoeg over uilen, we gaan verder met Grote Voeten dag. Bij de dooie arm nabij de kolk vonden we duidelijke sporen van een bever, sleepsporen in het bladerdek lieten ons goed zien waar hij langs gegaan was. Toch zal hier een bever niet nestelen, ten eerste omdat een bever niet nestelt, dat doen bavianen, ten tweede omdat er geen stromend water aanwezig is, waarschijnlijk leek dit meer op een verkenningstocht van de bever. Een bever- scout dus. Toen we de lus van de dooie arm in liepen, hoopten we reeën te zien doch het bleef bij drukprenten van slaapplaatsen. Verderop, richting zandgat, aan de oeverkant van de Hase, vonden we duidelijke vraatsporen van bevers aan boomstammetjes. We ontdekten een bijzondere plant, nml duivelsnaaigaren. Duivelsnaai aren; dicht ineengestrengelde kluwens van stengels van vertegenwoordigers van de warkruidfamilie (Cuscutacuae). De stengels van deze parasitair levende planten dringen met behulp van zuignapjes de vaatbundels van de gastheerplant binnen, b.v. hop. Genoeg genaaid met duivelsnaaigaren, we gaan verder. Tegen 12 uur 20 bereikten we het Dörgener moor, en we kwamen aan op de laatste rustplaats van Bambi. Bambi was een ree die we de vorige keer in vergaande staat van ontbinding gevonden hebben. Na enig speurwerk werden verscheidene skeletdelen teruggevonden. Van de schedel werden een paar close-up shots genomen, enkele delen, waaronder de schedel, werden door oei oei voor preparatie meegenomen, de lijkenpikker. Landschap14 Skelet ree2Waarschijnlijk vinden we de volgende keer van de overige resten weinig terug, het zure milieu van het moeras heeft een verterende werking op de kalkrijke skeletdelen, tja.. zo gaat dat. We trokken dwars door het moeras, op zich een prachtig natuur- gebied, en gingen weer richting kamp. Even na het verlaten van het moeras stoten we op een interessante natuurspoor, we dachten allemaal aan een sleepspoor van een roofdier met een zware prooi. Er waren ook leden onder ons, welke dachten aan een sleepspoor van een koe met een te lange tepel, of aan een ree met een geweldige erectie….. Oei oei, Yeti, en vliegend hert besloten het spoor te volgen. Het spoor pikten we op langs het landweggetje en liep vervolgens door het bouwland richting Dörgenermoor. Het roofdier had duidelijk moeite met het transport van de prooi, prenten in het bouwland lieten ons sleepsporen en rustplaatsen zien. Vlak voor het Dörgenermoor kruiste een jagerspoor (shit) onze route, en ja hoor, de jager volgde tevens het sleepspoor…………(spannend hè). Bij de rand van het Dörgenermoor verloren we het spoor van het vermeende roofdier, ook de jager vervolgde zijn eigen weg.  Het roofdier had geluk, ……… hij leefde nog lang en gelukkig,… trouwde met zijn prooi en kregen vele kinderen. Teruggekomen op het kamp aten we brood met apenlulletjs en troffen voorbereidingen om het kamp op te breken. Een groepsfoto  werd gemaakt en toen…. opuusan!!  Als eindconclusie kan gegeven worden dat het weer een uniek weekend was geweest, met zijn eigen hoogte- en dieptepunten. Het werd met recht een “weekend van de grote voeten”. We hebben weer veel gezien van de prachtige natuur om Groß Dörgen,… en we hebben veel gelachen. Ieder van ons weet dit gelukkig op waarde te schatten…. Dat we nog vele jaren kunnen zeggen; Bedokokoma strikes again!!!!           Vliegend Hert, D.D. 25-1-92.


Geplaatst

in

door

Tags:

Reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *