Zes kleine varkentjes, Groß Dörgen is hun verblijf. Eentje werd pa, toen waren er nog vijf. Vliegend hert en Batman gingen vrijdag 24 november 1995 traditiegetrouw kwartier maken voor de Sus Scrofa`s. Het wolkendek was vrijwel dicht, de wind kwam uit het zuidwesten. De temperatuur bedroeg 11 graden. Verder was het droog. Kortom, ideaal weer voor een observatieweekend. De tentopening manoeuvreerden we op het oosten zodat we geen last hadden van gloepwinden, van buitenaf. We hadden in de kapschuur ruimte genoeg dus zetten we de tent precies op de plaats waar het voor Berend het slechtste uitkwam. Gevolg: het hele zwikje moest weer verhuist worden omdat Berend anders niet bij de karren kon komen. De Zeurpiet. We zijn Sus Scrofa`s nietwaar? We gingen die middag een trip maken richting zandgat, via de bovenloop HaseAltarm zijn we weer terug gegaan. We genoten van moedertje natuur in herfstdressing. Herfstgeur en kleur lieten we op ons inwerken. Groß Dörgen is mooi, altijd geweest. Via de altarm liepen we over de dijk weer terug. Hier zagen we een drietal reeën over de kolkweiland wegsprinten naar de tegenovergelegen bosrand. Teruggekomen bij de batmobiel aten we goulash vermengd met chiliconcarne uiteraard met leuning. Dat legt je wel waterpas. We deden een tukje, ondertussen kon de maagwand weer aangroeien. De overige leden van ons edele club lieten niet lang op zich wachten, tegen kwart voor acht waren allen (minus 1) present. Die avond hadden de Sus Scrofa`s weer een ouderwets leuk feestje. Het begon vroeg; Yeti zag een handvat aan het biervat, effuh tilluh. SPLASH. Batman ging het plafond soppen, de rest hun hals. Yeti zag eruit alsof een rijpe steenpuist boven hem doorgebroken was. De praktijken van Dr. Zeldenrust werd eens haarfijn besproken, gadver. De moppen gingen snel naar niveau stront. We tochten winden als tornado`s en vraten hierbij zoutloze pinda`s die bij elke lachsalvo een hik veroorzaakten. Bij elke knoeperharde boer kwamen je de stukken pinda`s weer tegen. Kortom de stemming zat er aardig in. Dat ging tot in de kleine uurtjes door. Toen gingen we zingen..house..op een rode paddestoel..dat swingde het bierglas uit. Na het housen boerden we nog tevreden na terwijl Batman het plafond afsopte en hierna in de slaapzak kroop. Batje ging naar bedje. De rest had energie over en ondernam een nachtelijke wandeling in het stikkeduuster waarna op de hasebrücke nog mijmerend naar de sterrenhemel gekeken werd. Hierna zochten we de puut op. Het leven van een Sus Scrofa wordt begrenst door slaap. Zaterdag 25 november. We hadden die morgen last van een zakbreuk. Meerdere zakbreuken zelfs. Vervelend wanneer het hete vocht geen schuimend borrelend prutje veroorzaakt maar een slurpende draaikolk. Het ene moment heb je de zak vol, het andere moment zie je alleen nog een leeg verfrommeld zakje. De inhoud van de zak kon je ergens beneden in de pot terug vinden. Vervelend bij het innemen, bijzonder vervelend wanneer je als laatste aan de beurt was. Als je dan een hap nam had je de mond vol smurrie. Ik heb het uiteraard over de koffiefilterzak. Het werd het weekend van de dikke koffie. Het ging zo: men nam een ferme hap koffie, filterde het vloeibare door de tanden terug in het kopje, het achtergebleven prut in de mond fluimde je netjes op tafel. Zwa, koffie! We namen nog enkele zakkenspanners tot ons en togen op weg. Onze route liep richting Schleper, via squawvally langs de Hase tot de Mittelradde van daaruit richting Schleper. Via een omtrekkende beweging kwamen we weer terug bij de Mittelradbrucke. Van daaruit liepen we langs boer Wolf terug naar de kapschuur alwaar de Batmobiel stond. Welnu, na tienen (10.45) togen we op pad. Volgens Oehoeboeroe gingen we een hoop wild tegenkomen, dat had hij zo gereserveerd via een servicebureau. Nou dat belooft weer wat. Wat ons opviel bij de tocht is dat we tot aan de enkels door de bladeren liepen. De bladeren vielen dit jaar bijzonder laat van de bomen, over de oorzaak hiervan kan men gissen. Hoogstwaarschijnlijk omdat het herfst is. Wij hadden zo onze eigen conclusie; het servicebureau. Deze konden ons op verre afstand horen aankomen want het gestamp door die bladeren was van verre reeds te horen. Bij squawvally stonden we even stil, het was toch wel een prachtige locatie wat die klukklukken hier ingenomen hadden. Vanuit deze locatie had je een panoramisch uitzicht op het Hasetal, bovendien was het makkelijk te bereiken met de Batmob.. eh hun auto`s. Op het terrein namen we een paar maten op die toevallig overeen kwamen met de buitenmaten van de batmobiel. Ja, we vonden het een leuke locatie. We keken elkaar eens aan en trokken een vreselijke grijns. Achter ons meenden we een onderdrukte angstkreet te horen, waarschijnlijk de servicedienst. We fluimen de indianen de ogen dicht en geven ze een schop, maat Sus Scrofa, onder hun lendendoek. De geSUSters komen! De eerste de beste tent die hier komt te staan is er eentje met een laadbak vol Dab. Oehoeboeroe knorde tevreden en scoorde weer eens een sjekkie. Achter squawvally langs de Hase liet het servicebureau een troep valken los. Wauw, wat een valken, bijna net zoveel als toen bij het Dörgenermoor. We vervolgden de tocht, oehoeboeroe zag tussendoor nog even een ruigpootbuizerd. Een berkenzwam trok onze aandacht, had dezelfde vorm als een neergestreken duif. Een speling van moedertje natuur. Langs de Hase achter boer Wolf hielden we rust op een plat liggend stuk wildkansel, het leek op een stuk elektriciteitsmast. De zuivere lucht deed korstmossen groeien aan de enorme stammen van de eikenbomen. Een misvatting: mos groeit aan de noordkant van bomen. Alleen op grote open vlakten geldt de regel. In het bos heeft mos geen enkele voorkeur, het kan aan elke kant van de boom groeien.
Even verderop betrad Yeti een wildkansel en deed daar verkwikkende observaties. In de lucht was het spitsuur, buizerds, valken en een havik losten elkaar af. Ze hadden het even druk die lui van de servicedienst. Tussen de bomen zagen we een voederplaats voor wilde zwijnen, Oehoeboeroe en Vliegend Hert stoven hier direct op af. Oehoeboeroe`s aandacht werd afgeleid door een kastje aan de voet van een berk, een batterijoplader? Hier? Liepen hier roze konijntjes? Het bleek een val te zijn, een gemene val. Onder in het kastje zat een opening, wanneer daar een beest zijn kop in stak werd via een hefboommechanisme een sterke veer geactiveerd. De hieraan bevestigde slagplaat sloeg het koppie tot prut. Waarschijnlijk bedoeld voor een marter of bunzing, het zag er professioneel uit maar daarom niet minder wreed. We zetten de val dus maar weer terug. We doken het Wald in richting Mittelradde, hier kregen we het even warm. Een pad was niet aanwezig zodat we moesten roppen door de jungle. Aan de overkant keek een kudde schapen ons schaapachtig na. Bij de Mittelradbrücke gingen we ons vergassen met een sigaar. We constateerden dat de waterval tussen Hase en Mittelradde weer hersteld was. We hoorden weer dezelfde geluid als toen we hier met kamp waren. We observeerden een paar vissers bij de fischteich zo erg dat de blote worm aan het haakje er verlegen van werd. We banjerden door velden en over landpaden en kwamen uiteindelijk bij een bosrand uit. Hier lag een oude aanhangwagen waarop we een Auerhahn en HKT nuttigden. We genoten van de herfstdressing en boerden tevreden. Met de servicedienst was het gedaan, het enige wat we nog kwamen te zien was een ingebouwde Duitser (een WO veteraan in een rolstoel). In de Mittelradde waren van grote stenen een forellentrap gemaakt, eenvoudig, milieuvriendelijk en effectief. De forellen zijn echter met de tijd meegegaan en gebruiken thans een traplift. Tegen vier uur bereikten we de batmobiel, bij het laatste stukje liepen we bijna tot onze oksels door het mulle bouwgrond. We moesten direct aan de oplader. Het begon snel te donkeren en het koelde behoorlijk af. Van Batman moesten we buiten blijven en gezellig barbeqeuen. Even later zaten we gezellig vuurtje te stoken in een barbecue en in de vlammen verkoolden gezellig te frikadellen. We deden wat zout op de stoelen zodat we van achteren niet dichtvroren. We praten gezellig door totdat onze kaken klem zaten. We bikten ons uit de stoelen en gingen in de warme batmobiel. Alsof je een dreun met de meulewieke kreeg, zo klapte de slaap erin. Vanuit de ooghoeken zag je de gordijntjes langzaam dichtgaan. We hadden nog wel visite van Oei-oei! Arme vogel, hij had er niet veel aan. Als enige fitte Sus Scrofa tussen de verlepte. Het is natuurlijk ook geen gezicht als je steeds stukjes gordijnstof in de ooghoeken ziet. Ik..ik ge..geloof dat maar naar huis ga dan kunnen jullie in berre, hij kreeg een burp als antwoord. 10 minuten later lag het hele zooitje waterpas. Oei-oei geloof me, de volgende keer gewoon met ons weer de diepte inspringen, dan ben je dit zo weer vergeten. Vijf kleine varkentjes. In Groß Dörgen hadden ze plezier, eentje sloot een compromis, toen waren er nog vier. Zondag 26 november. De overige vier Sus Scrofa`s vonden genoeg ruimte in de pot dus vraten ze zich klem in de apenlullen. Het liep inmiddels tegen elfen toen we op pad trokken. We ondernamen een tocht langs het zandgat, een stuk richting Bokeloh en dan weer terug. Het was het weekend van de hondenrennen dus waren we nieuwsgierig. Het parcours was met roodwitte linten uitgezet. Bij het hondenrennen ging het anders aan toe dan voor enkele jaren terug. Thans wordt voor de hond uitgelopen, het is nu meer hond-en-rennen. Maar goed dat het geen viswedstrijd was. We liepen door en zagen de stilte in de natuur. Op de terugweg liepen we langs de Hasealtarm terug. Hier kreeg Batman een terugval, hij ging terug naar de batmobiel. Vier kleine varkentjes in Groß Dörgen potverdrie, eentje kreeg een terugval, toen waren er nog drie. Even later, toch weer met ons vieren, lieten we de koffie goed smaken. Wanneer een lid besluit niet of gedeeltelijk mee te gaan op een weekend, dan brengt dat toch veel onrust in de groep. Niet meer doen. We braken de boel op, maakten een afscheidsfoto, en gingen huiswaarts. Moed broeders, struikel niet. Vliegend Hert.
Geef een reactie