1999 April

April 1999.

Op Kuhl`s platz waren Vliegend Hert en Batman neergestreken en hadden de vouwwagen opgezet. Een nieuwe vouwwagen, een heus abdij. Dat was nog wel even puzzelen. Waar kwam de voortent, de keuken en waar de biechtstoel. Oehoeboeroe was jammer genoeg weer eens niet aanwezig, ook Yeti liet zich tot zaterdagavond niet zien, jammer, jammer. Maar laat ik ophouden te jammeren. Vliegend Hert is nu definitief de enige suscrofa die vanaf 1989 alle expedities vol heeft uitgediend. Yeti had zijn schoonvader beloofd dat ‘de jongens’ hem zouden helpen met het leggen van tegels, de smiecht. Schoonpa rekende erop, hij kwam die Vrijdag al een paar keer langs rijden in z`n otootje waar wij toch bleven. Vanuit onze voortent observeerden we hem nauwkeurig. Later kwam Malies nog even langs en vroeg voorzichtig waar we bleven, ondertussen tufte schoonpa d`r weer met zijn autootje langs. We maakten haar duidelijk: geen geel zand, geen tegels leggen (burp). Malies ging weer naar huis, een half uur later schoot schoonpa er met de trekker langs om met de voorlader geel zand te halen We bleven hem observeren. Bij zijn vierde rit had schoonpa een grote grijns op het gezicht, zo van; het gele zand ligt er, d`r kan gewerkt worden!! Wij met een verveeld gezicht kenbaar makend; te làààt, mòòòrgen (burp). Gniffel, gniffel, vinden wij leuk. `s Avonds kwam Oei-oei vogel met zijn Oei-oei vogel. Eigenlijk was zij geen Oei-oei vogel, ik noem haar zo omdat ze getrouwd is met Oei-oei. Zij is geen Oei-oei vogel want bij haar ontbreken de .. eh .. eh .. eh .. oeioei. Hoewel het die avond behoorlijk afkoelde werd het bij het kampvuur toch gezellig. Zaterdag 1 mei 1999. Komt daar een blik met Duitsers aangereden, blijven bij de ingang van het terrein staan een mompelen wat. De man krijgt een por in de rug van zijn lieve kenau en loopt naar ons toe. Beleeft maakt hij duidelijk dat dit het terrein was dat hij had gereserveerd. We boerden iets droog terug van Scheisse mit Reisse en dat het onze bunker was. Tevens wouwen we onze Fahrad zuruck. En zet die kenau wat verder terug, straks gaat ie nog grazen. 10 minuten later zagen we een Deutz in galop op ons afkomen, Berend op tilt. Niet hun maar wij zaten verkeerd, of wij dat begrepen. Zes doorlopen soepoogjes keken hem trouw aan. Wij wonnen. De tegels lagen er snel in, fluitje van een cent. Al snel trokken we voor een voettocht erop uit. Bij squaw-vally deden we een opmerkelijke (wens)waarneming. Vanaf de hoge wal zagen we een blonde nimf uit de wal van de Hase opklimmen. Met heupwiegende bewegingen liep ze de wal op, ze leek geheel naakt. Ze raapte iets van de grond. Haar lippen bewogen, wat leek ze te zeggen? Was het mist? De lenzen van de verrekijker besloegen. Zo snel ze kwam zo snel was ze ook weer verdwenen. Op de plek van waaruit ze op de wal klom was niets meer te zien, ze was blijkbaar met een kajak vertrokken. De kajak bleef nog lang in onze gedachten. We trokken verder, het was een prachtige voorjaarsdag. Voordat we wisten zaten we in een bushokje midden in Gross Dorgen. We bestudeerden de voorbij gaande mensen en deden weddenschapjes over wie de volgende mag hebben. Batman won de halve Holdert. Tja, `t was 1 mei, dan fietsen er veel oudjes. `s Avonds voegde Yeti zich bij de groep. Het werd een ouderwetse kampvuuravond inclusief de sterke verhalen. Zondag 1 mei 1999. Over de Zondag kan ik kort zijn. Of het aan de avond ervoor lag of dat het alweer een tijdje geleden is dat het weekend zich heeft afgespeeld, ik herinner me er geen bal meer van. Ik weet zelfs niet hoe ik thuis gekomen ben. Ik sluit dan ook af met de woorden: Moed broeders, struikel niet. Vliegend Hert


Geplaatst

in

door

Tags:

Reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *