2000 November

Traditiegetrouw opent de Wijze Uil het weekend met een openingswoord. Hij wordt daar nogal eens in de rede gevallen door vervelende groepsleden met een niet te bedwingen geldingsdrang. Hun stem zal en moet op de band. Nou troost je, “ruis” wordt niet in het verslag opgenomen. Een uitzondering hierop ben ik natuurlijk zelf, maar dat heeft te maken met het feit dat ik van nature interessant ben. Toe jongens, laat Oehoeboeroe nu eens ongestoord zijn openingswoord doen! Hij sprak: Wij uhh, wij uhh, komen, bent hier allen weer samen netjes bijeen. Gekomen. (iemand vond het in alle wijsheid nodig een rafelige wind te laten, gatver, ik wist niet dat je daar zuurbranden van kon krijgen) Dit weekend is bedoeld om onze lange benen weer een beetje te strekken. Wij hopen dit weekend een paar dieren te observeren. Leden, wat ik graag wil is dat jullie morgenvroeg na het douchen, wassen en scheren niet te verschijnen met Deospray onder de armen of op je lichaam, want dan zie je geen dieren meer. Dieren ruiken beter dan wij. (Inmiddels was de ruimte gevuld met iets wat heel ver van deospray afstond). Ga je scheren? Geen aftershave op je gezicht doen want die dieren ruiken beter dan wij. Zorg dat je die dieren eerder ruikt dan die dieren jou, dan heb je succes. Dan zie je ze ook. Als je ze ruikt dan zie je ze ook. Morgenvroeg om ongeveer half zeven op, acht uur eten en om negen uur starten we met de tocht naar Bokeloh. Wij gaan niet naar de hondenrace, we hebben wel wat anders te doen. Wij lopen aan de Hase langs terug naar hier. Ik had eerst nog in gedachten om op visite te gaan bij Piet Römer maar dat vonden jullie nogal ver. (Grote Voetentocht) Dan zijn er nog de nodige pannenkoeken waar we ons vanavond op kunnen storten. Ik open dit weekend met een borrel, ik heb nog een dingetje. Wij hebben een logo, een wildzwijn, ik heb ook nog een mooie. Daar gaan we ons vanavond over buigen. Het weekend is geopend, dank u!!

De volgende morgen, iets later dan gepland, liep de club op de Baileybrug richting Bokeloh. Het was fris, zo`n graad of zes. Oei-oei wees naar het water, daar zwom een vis. Ja, dat doen ze. De baileybrug, een restant uit WO II, ligt rustiek in een oase van groen. Het niet alleen een relikwie uit onze jonge jaren, het is tevens een object die zeer fotogeniek is. Er werden dus weer de nodige foto`s en video`s gemaakt. Wauw, wat is Groß Dörgen toch mooi!! Vanaf de brug hadden we zicht op een bomenrij. In een van die bomen zat een grote vogel die onze aandacht trok. In de groep borrelde een discussie los, was het een Uil? Of toch een Buizerd? Nadat het beest ons een poosje had geobserveerd vloog het weg, zijn geheim prijsgevend, het was een Buizerd. Onderweg zagen we nog een Reiger op een paal, dat zijn echte schijtfabrieken op stelten. Volgens Oehoeboeroe liep de groep te hard. Mopperend kwam hij aanlopen. Ie denkt helemaol nie aan mij, ke`b nog kopzeere ok. De groep ging rekening houden met Uil. Er werd flink gereuteld over pixels en formaten bij een digitale fototoestel. Uil, nog steeds de smoor erin, riep dat we meer aandacht moesten besteden aan de natuur. Niemand kon volgens Uil weten hoeveel pixels er in een peerebloem zitten. Hij mopperde verder, als ze nou gewoon het aantal kilobites delen door het aantal gigabites, dan kom je vanzelf op het juiste aantal pixels uit. Jullie zien dat niet. Blauwe korenbloemen, rode klaprozen, geel koolzaad, jullie willen niets zien, alleen maar pixels, pixels en pixels, zo mopperde Uil. In Bokeloh bij de aanlegsteiger hielden we halt voor een pauze. Het terrein was zelfs voorzien van een openbaar toilet. Dat was met Deutsche Grundlichkeit gebeurt. Koperen gootjes en zo. Bij de kerk hebben we de grafzerken bestudeerd. De jaartallen gingen terug naar 1700. Die liggen daar al zolang, die komen bijna alweer terug. Langs de Hase trokken we terug. Het begon gewoon een beetje warm te worden, zeven graden of zo. Beversporen lieten het bestaan zien van deze ijverige knagers. Het konden ook otters zijn maar die hebben niet zo`n brede sleepspoor. We konden het niet zo goed dementeren, dus bleef het bij sleepspoor. Verderop vonden we opengebroken schelpen. Dus toch een otter? Langs de Hase gelopen viel het ons op dat er nog zoveel planten bloeiden. Het is november, de maand van bisschop Sint Martinus. Dan verwacht je geen bloemen, hoogstens lampionnetjes. Terug in Groß Dörgen vonden we in het Oerbos oftewel het Uile-ballen-bos een boom met een groot nest. Vanaf de Hasekant zo`n tachtig meter het bos in, vanaf de HaseAltram ook zo`n tachtig meter. Die moeten we komende zomer in de gaten houden. (wat we op dat moment niet wisten is dat het Bedokokoma-weekend in het voorjaar geen doorgang kon vinden in verband met de MKZ epidemie, de boeren wilden en konden geen risico nemen om wildzwijnen vanuit de Niederlanden hier rond te laten lopen). Vlakbij het nest vonden we een ropplaats. Een duif werd van verenkleed ontdaan en vliegt nu ergens rond in pyjama, dat met die kou. Zondagmorgen. Kleine Reusies tocht. Een korte tocht langs de Hase Altarm was eigenlijk alles wat er die morgen in zat. Een goed moment om even te mijmeren over de zinnige en onzinnige geluiden die zo links en recht ons ten gehore zijn gekomen. De Rijn zou ons land binnenkomen bij het plaatsje Lobith. Wie de moeite neemt even op de kaart te kijken ziet dat de Rijn niet bij Lobith, maar bij Spijk het land binnenkomt. Ja ja ja, wij laten ons niet voor de gek houden. De boemerang is Australisch. Nee dus. Archeologische opgravingen hebben aangetoond dat ook in de Europese steentijd met dergelijke stokken werd geworpen. Nog zo`n eentje: De Sahara ligt vol met zand. Mooi niet. In feite is niet meer dan 20 procent van de Sahara zand, de rest is rots, steenpuin en grind. Ik krijg er zin an. Nog eentje: oude jenever is ouder dan jonge. Nee, jonge jenever is licht en neutraal van smaak, terwijl aan oude jenever meer smaakstoffen worden toegevoegd. Oude jenever ligt geen dag langer op fust dan jonge. Nu dan een gewaagde: de kompasnaald wijst naar het noorden. Laat ik het zo zeggen: wie in Nederland met een kompas het noorden zoekt en in die richting zijn weg vervolgt, heeft weinig kans op de noordpool te komen. De magnetische noordpool en de geografische noordpool zijn namelijk verschillend. Nog zo`n lekkere misvatting voor onze elektrieke Bat: Elektriciteit gaat van plus naar min. Dus niet. Electronen, de dragers van elektrische lading, hebben een negatieve lading. Elektrische stroom is een beweging van elektronen van negatief naar positief. Simpel toch? Dat we er toch nog steeds instinken! Het weekend zat erop. Kamp opbreken en snel opuusan. Moed broeders, struikel niet. Vliegend Hert


Geplaatst

in

door

Tags:

Reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *